1843 raadhuis Nederwetten overbodig

Nadat het gebouw een aantal jaren leeggestaan had, werd er de gemeenteschool in gevestigd. In 1843 werd de school verbouwd. Volgens de bouwtekening werden er toen een plafond en een zolder aangebracht. Die bouwtekening is de enige bekende tekening van het oude raadhuis. De school bestond uit één klaslokaal. Op 2 januari 1844 konden de Nederwettense kinderen met hoofdonderwijzer Cornelis Hoeben(s) in het verbouwde pand weer naar school gaan. Het voormalige raadhuis heeft tot 1871 als school dienst gedaan. In dat jaar kocht de gemeente Nuenen c.a. van wethouder Willem van de Laar uit Nederwetten een stuk grond aan de Zandstraat om daar een nieuwe school te bouwen.

In 1794 werd begonnen met de bouw van het raadhuis aan de toenmalige Wettensestraat, nu Soeterbeekseweg genoemd. Hoe het gebouw er van binnen uit heeft gezien, is niet bekend. Waarschijnlijk bestond het pand uit drie ruimten. Een grotere ruimte waar de vergaderingen van schout en schepenen en de gemeenteraad plaatsvonden en een kleinere kamer waar de secretaris zijn schrijfwerk kon doen. In het gebouw was zeker ook een klein deel ingericht als cachot, een gevangenis voor kortstondige opsluiting.

Bij raadsbesluit van 3 februari 1872 werd bepaald dat het voormalige Nederwettense raadhuis openbaar verkocht zou worden. Landbouwer Christiaan van de Laar was de hoogste bieder. Hij was de broer van wethouder Willem van de Laar en had zijn boerderij aan de huidige Soeterbeekseweg 17. Het perceel van het voormalige raadhuis grensde aan zijn grond. Van de Laar had het gebouwtje aanvankelijk als opslagruimte in gebruik tot hij het uiteindelijk in 1882 sloopte.
Er is geen afbeelding van het voormalige raadhuis van Nederwetten bekend. Op verzoek van heemkundekring De Drijehornick maakte Jan Vlemmix een vrije impressie gebaseerd op de bouwtekening uit 1843 met het raadhuis van Nuenen-Gerwen uit 1734 aan de Beekstraat als voorbeeld.